DE MUS

Een mij onbekende mus
die kennelijk
in een poëtische bevlieging
op mijn balkon
was neergestreken
citeerde opgewekt en goedgebekt
tot mijn niet geringe verbazing —
ik heb er zelfs
de originele tekst nog even
bij gepakt —
het complete gedicht TJIELP
(je weet wel
van Jan Hanlo, 1949)
he-le-maal uit het hoofd
met bovendien
nog een aardige toegift
Zeg maar eens
dat zoiets
voor zo'n klein mussenbrein
geen geringe prestatie is
Dankbaar heb ik
de mus
enige restanten
van mijn ontbijt toegeworpen

Nu echter vraag ik mij af
of dit gebaar
wel op zijn plaats geweest is
met andere woorden:
heb ik deze
zo fraai geciteerde poëzie
wel voldoende beloond?

Poëzie is en blijft een daad
van twijfel

© floor koedam, 09/07/2017